Foto: ANP SEM VAN DER WAL
Afgelopen maand waren buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) onderwerp van gesprek. Over de versterking van hun positie, samenwerking met de politie, en hun inzet ondanks het lage lokale veiligheidsbudget. Een ander punt van discussie is de zogeheten neutrale uitstraling van boa’s in uniform.
Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid) maakte daarom bekend dat boa’s vanaf eind 2025 tijdens hun dienst geen zichtbare persoonlijke uitingen meer mogen dragen, zoals religieuze symbolen. Van Weel schrijft ‘te hechten aan de neutraliteit van boa’s bij hun taakuitvoering en in contact met het publiek’. Daarom besloot hij de neutrale uitstraling van de boa juridisch te borgen in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB).
Eind 2025
Onder andere het regeerprogramma, de toezegging door Van Weels voorganger Yeşilgöz en Kamervragen brachten de minister tot het besluit. Hij streeft ernaar de AMvB vóór het kerstreces in consultatie te brengen. Naar verwachting neemt het proces tot inwerkingtreding ongeveer 9 maanden in beslag. De wettelijke plicht tot neutraliteit kan dan eind 2025 in werking treden.
Hoofddoekophef
Begin dit jaar ontstond ophef omdat meerdere gemeenten het dragen van een hoofddoek en andere religieuze uitingen bij boa’s toestaan. Naast Arnhem, Tilburg en Utrecht, is dit het geval in Amsterdam en Den Haag.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten reageerde op de ophef: ‘Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het vaststellen van kledingvereisten van medewerkers. Op dit moment is het aan individuele gemeenten om te bepalen hoe zij omgaan met levensbeschouwelijke uitingen.’ Dat gaat dus veranderen door de wettelijke plicht tot neutraliteit.
Landelijke handhaving
Gemeenten en basisteams van de politie die de samenwerking tussen hun handhavers en de politie verder willen vormgeven, kunnen nu het landelijk format handhavingsarrangement gebruiken. De samenwerkingsovereenkomst die Rotterdam 2,5 jaar geleden opstelde diende als voorbeeld.
Op de Dag van de Boa half november kwam ook aan de orde dat de samenwerking tussen politie en boa’s veel beter kan.
Samenwerking politie
De VNG vroeg hier ook aandacht voor in een position paper voor het begrotingsdebat van Justitie en Veiligheid. De samenwerking tussen boa’s en politie moet volgens de gemeentekoepel verder geprofessionaliseerd worden. ‘Communicatiemiddelen, informatiesystemen en bevoegdheden moeten beter op elkaar aansluiten.’ Voor 2025 vraagt de VNG om een apart budget voor (gemeentelijke) boa’s en een zelfstandige plek van de boa in de doorontwikkeling van het meldkamerdomein.
Moties
Tijdens het begrotingsdebat zijn meerdere moties met betrekking tot boa’s ingediend, maar die overleefden niet allemaal de stemming. Bijvoorbeeld de motie die ‘de regering verzoekt om samen met de VNG verschillende scenario’s uit te werken om extra boa’s op straat te krijgen en de doorontwikkeling van de samenwerking met de politie te verstevigen’.
Of een andere motie, die vraagt met de VNG de impact en het effect van het structurele tekort op de gemeentelijke uitvoering van veiligheidsopgaven in kaart te brengen. En dan voor de zomer van 2025 met concrete oplossingen te komen. Beide moties werden op 26 november verworpen door de Tweede Kamer.
Het voorstel dat wél werd gesteund, roept op te onderzoeken hoe een efficiënte uitwisseling van boa’s tussen gemeenten geregeld kan worden, bijvoorbeeld via uitleen.
Zware knallen
In het licht van de aanstaande jaarwisseling informeert het Openbaar Ministerie via de VNG over de inzetmogelijkheden van boa’s bij de vuurwerkaanpak. Boa’s mogen bij het horen van een knal schrijven op feitcode H171. De bevoegdheid van boa’s wordt hierdoor niet uitgebreid. Maar ze zijn in staat te handelen als er sprake is van knalvuurwerk en vuurpijlen.
Dat geldt niet bij een vermoeden van zwaar of professioneel vuurwerk, dan moet direct de politie worden ingeschakeld.
Geef een reactie