Ruim de helft van de personen die in 2016 zijn geregistreerd als verdachten van een misdrijf woonde in de gemeente waar zij het delict zouden hebben gepleegd. Van de vier grote steden gebeurde dit het vaakst in Den Haag.
In 2016 registreerde de politie 268 duizend verdachten. Ruim de helft (55 procent) van hen woonde in dezelfde gemeente als waar het delict gepleegd is. Een op de zeven verdachten had geen vast woonadres in Nederland. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe analyses van de criminaliteitscijfers.
Den Haag
Van de 15.000 verdachten die in Den Haag werden geregistreerd, woonde 65 procent daar ook. Het percentage thuisplegers in Den Haag is daarmee het hoogste van de vier grote steden. Ook veel van de verdachten in de Haagse randgemeenten Rijswijk (42 procent) en Leidschendam-Voorburg (31 procent) woonden in Den Haag. In Rotterdam en Utrecht woont 60 procent van de verdachten die daar geregistreerd werden. In Amsterdam woonde 58 procent van de verdachten in deze stad, 19 procent woonde in een andere Nederlandse gemeente.
Grensgemeenten
In de grotere grensgemeenten komt naar verhouding een groot deel van de verdachten van buiten die gemeenten. In Roermond, Maastricht, Venlo en Roosendaal heeft meer dan 20 procent van de geregistreerde verdachten geen Nederlands adres. Van andere grotere gemeenten buiten de Randstad hebben Den Helder en Leeuwarden veel thuisplegers, respectievelijk 77 procent en 70 procent. In Leeuwarden had zes procent van de verdachten geen bekend Nederlands adres.
Geef een reactie