Het beleid om de politie meer ruimte te bieden op lokaal niveau wordt ‘met kracht voortgezet’. Zo krijgt de korpschef extra bevoegdheden ‘om de onveiligheid te bestrijden op een manier die past bij de lokale omgeving’.
Dit blijkt uit een brief die minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid vrijdag aan de Tweede Kamer stuurde. Hij reageert hiermee op de evaluatie van de Politiewet 2012, waarmee de nationale politie is gevormd. De bewindsman noemt in zijn reactie ‘grotere ruimte op lokaal niveau belangrijk omdat veiligheidsvraagstukken in de samenleving zich veelal als eerste in buurten en wijken aandienen’.
Meer ruimte binnen kaders
‘De aansturing van de taakuitvoering van de politie moet daarom vooral op lokaal niveau plaatsvinden,’ vervolgt hij. Daarvoor zou niet direct het stelsel weer op de schop hoeven. ‘Binnen de huidige wettelijke kaders moeten de politiechefs en de teamchefs in de regionale eenheden meer ruimte krijgen om operationeel en beheersmatig gevolg te kunnen geven aan de prioriteiten van het lokale gezag.’
Wel kondigt de minister een wijziging van de regelgeving aan om de korpschef meer verantwoordelijkheid te geven voor diens organisatie. Hij volgt hiermee een aanbeveling van de commissie en verwacht dat hierdoor ‘beter met de lokale partners kan worden samengewerkt om de onveiligheid te bestrijden op een manier die past bij de lokale omgeving’.
Boa’s niet bij politie
De commissie adviseerde ook te voorkomen dat er sluipenderwijs een nieuwe lokale politielaag ontstaat van lokale toezichthouders en handhavers, waarbij vooral werd gedoeld op de gemeentelijke buitengewone opsporingsambtenaren (boa’s). De minister is echter ‘niet van plan de boa’s bij de politie onder te brengen’.
‘De boa’s hebben een beperkte opsporingsbevoegdheid en kunnen daar ingrijpen waar de leefbaarheid wordt aangetast door overtredingen die overlast veroorzaken en tot kleine ergernissen leiden,’ aldus de minister. ‘Gemeenten kunnen met hun boa-beleid een extra impuls geven aan de leefbaarheid in hun gemeente. De politie heeft algemene opsporingsbevoegdheid en is primair aan zet waar het gaat om het handhaven van de openbare orde en de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde.’
Geef een reactie