De Eerste Kamer heeft ingestemd met het wetsvoorstel dat de verkoop van legaal geteelde wiet in tien gemeenten mogelijk maakt. Nadat eerder de Tweede Kamer akkoord ging kan de wietproef nu bijna van start. Althans, het jaar van voorbereiden en de aanmelding van telers.
Voor de verdere inrichting van het experiment (factsheet pdf) moeten eerst het ontwerpbesluit en een ministeriële regeling nog worden vastgesteld. Het ontwerpbesluit ligt nu voor advies bij de Raad van State. De consultatie van de ministeriële regeling is gesloten, na verwerking van de reacties kan deze worden afgerond. Na deze laatste stappen in het wetgevingsproces kan het experiment van start met de voorbereidingsfase.
Telers die willen deelnemen kunnen zich aanmelden zodra de nadere wet- en regelgeving in werking is getreden. Dan begint de voorbereidingsfase van een jaar, waarin de deelnemende gemeenten en coffeeshops zich voorbereiden op het experiment. Daarna gaat de experimenteerfase van vier jaar in.
Eerste Kamer
Bijna alle fracties in de Eerste Kamer stemden voor het experiment gesloten coffeeshopketen van de ministers Grapperhaus en Bruins. Ondanks twijfel stemden ook CDA en ChristenUnie uiteindelijk voor. Alleen PVV en SGP stemden tegen. De PVV-fractie ‘ziet helemaal niets in het experiment’ en noemt het ‘volstrekt onzinnig’. Volgens de SGP geeft het experiment een signaal af naar de samenleving dat softdrugsgebruik wordt genormaliseerd. ‘Het is een overheidstaak om coffeeshops te sluiten en niet om zorg te dragen voor veilige drugs.’
Tijdens het debat vorige week bleek de Eerste Kamer zeer verdeeld over het experiment. De vraag was vooral of het experiment ‘een eerste stap is naar legalisering van alleen softdrugs of dat het juist verdergaand de deur openzet voor normalisering van het gebruik van alle drugs’. Alle partijen waren wel over eens dat de huidige situatie van gedoogbeleid moet worden aangepakt.
Zorgen
De PvdA-fractie is ‘blij dat er eindelijk een stap richting legalisering wordt gezet’. Eerste Kamerlid Recourt maakt zich wel zorgen of het experiment niet te klein gehouden wordt. Dat er geen gemeente uit de G4 deelneemt, is ‘een gemiste kans’. Ook wat betreft de SP zouden aanzienlijk meer gemeenten mee moeten doen, en in ieder geval een van de G4. De partij ‘betreurt het dat het kabinet op dit punt onwrikbaar is.’
Daarover werden al eerder zorgen geuit, onder meer door de adviescommissie Knottnerus. Volgens de grootste voorstander van het experiment D66, zijn tien gemeenten en 79 coffeeshops ‘voldoende om straks wetenschappelijke uitspraken te kunnen doen’. Senator Dittrich hoopt dat de experimenteerfase zo snel mogelijk van start zal gaan. Bij gunstige resultaten kan het wat D66 betreft worden uitgebreid.
Geef een reactie