Een nieuwe landelijke subsidieregeling voor de opruimkosten van gedumpt drugsafval is ‘niet aan de orde’. Gemeenten en provincies zijn aan zet, zo schrijft staatssecretaris Van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat in antwoorden op Kamervragen.
De laatste jaren stelde het Rijk steeds 1 miljoen euro beschikbaar voor kosten die gemeenten en andere grondeigenaren maken voor het opruimen van gedumpt drugsafval. Het ging daarbij om cofinanciering, tot maximaal 50 procent van de kosten. Dit geld, dat overigens niet volledig is benut, kwam er ‘in afwachting van een duurzame financieringsoplossing van gemeenten en provincies’, aldus Van Veldhoven.
Nog niet ver
Die oplossing is er echter nog niet, erkent de staatssecretaris. De decentrale overheden zijn nog niet verder gekomen dan de afspraak dat ze de zaak ‘gaan verkennen’. Van Veldhoven is in ieder geval niet van plan opnieuw bij te springen. ‘Een structurele subsidieregeling vanuit het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is niet aan de orde.’ Overigens kwam de eerdere regeling er ook niet op initiatief van het departement zelf: de Tweede Kamer dwong deze af via een amendement.
Zorgplicht grondeigenaren
SGP-Kamerlid Chris Stoffer informeerde waarom de overheid in de oude regeling ‘slechts’ de helft van de kosten betaalde. ‘Daarvoor is gekozen om gemeenten en grondeigenaren te stimuleren om ook zelf al het mogelijke te doen om drugsafvaldumpingen op hun grondgebied te voorkomen. Dit komt voort uit de wettelijke verantwoordelijkheid, de zogeheten zorgplicht, die gemeenten en grondeigenaren hebben voor hun grond,’ schrijft Van Veldhoven.
Gemeenten proberen in de praktijk vaak de kosten te verhalen op grondeigenaren. Nuenen trok hierover onlangs aan het kortste eind, omdat de rechter bepaalde dat onschuldige grondeigenaren niet de dupe mogen worden en dat de overheid moet betalen als opruimen een algemeen belang dient. De gemeente kondigde daarop hoger beroep aan bij de Raad van State.
Geef een reactie