Als er een avondklok moet komen, dan moet die strak zijn geregeld met slechts een beperkt aantal uitzonderingen. Dat hebben de burgemeesters van het Veiligheidsberaad dinsdagavond tegen minister Grapperhaus van Veiligheid en Justitie gezegd.
‘Het moet een duidelijke, goed uitvoerbare maatregel zijn,’ zei voorzitter Hubert Bruls van het Veiligheidsberaad na afloop van het overleg. De burgemeesters hebben nog altijd ‘behoorlijk’ wat vragen over de uitvoerbaarheid en de vorm van een avondklok. Bruls zei niet of de burgemeesters voor of tegen de avondklok hebben geadviseerd. ‘Er zijn burgemeesters die er meer in zien en anderen die er minder in zien.’
Avondklok
Vandaag beslist het demissionaire kabinet of de avondklok wordt ingevoerd. Die zou volgens ingewijden gaan gelden tussen 20.30 uur ’s avonds en 04.30 uur ’s nachts. Wanneer de avondklok precies zal ingaan, is niet zeker, mogelijk al aan het einde van deze week. Het verbod om ’s avonds en ’s nachts op straat te zijn, gaat waarschijnlijk duren tot het einde van de harde lockdown, nu voorzien op 9 februari.
Beargumenteren
Het kabinet doet volgens Bruls een ‘serieuze poging’ om de avondklok goed te beargumenteren. De burgemeesters vinden het vooral belangrijk dat de maatregel goed uit te leggen is aan de samenleving. Anders wordt het lastig voor mensen om die te accepteren en daarmee moeilijker om te handhaven. Grapperhaus noemde het na afloop een goed gesprek. ‘Ik denk dat we met elkaar tot dezelfde vaststellingen en conclusies komen.’
Handhaving
Ook is opnieuw over de handhaving gesproken. Dat is een zorgpunt van de burgemeesters. Voorafgaand aan het Veiligheidsberaad lieten veel burgemeesters weten in principe niet afwijzend tegenover een avondklok te staan. Ze wilden vooral van de minister meer horen over het nut en de noodzaak van de ‘heel heftige maatregel’.
Voor
‘Als het kabinet laat zien dat de avondklok ons kan helpen sneller door dit proces heen te komen, dan ben ik voor,’ zei burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam. ‘Ik ga ervan uit dat het merendeel van de samenleving gezagsgetrouw is. Iedereen is in principe binnen. Als je buiten bent, heb je wat uit te leggen.’ Zijn collega Annemarie Penn-te Strake van Maastricht is voor een ‘stevige aanpak. Wij hebben niet veel mogelijkheden meer in het mandje.’
Twijfel
Maar er klonken ook twijfels. Wouter Kolff van Dordrecht wil niks uitsluiten, maar na tien maanden met veel beperkende maatregelen vindt hij dat je ‘niet zomaar mensen binnen moet opsluiten. Dit is een maatregel waar je u tegen zegt.’ Jan Lonink van Terneuzen ‘moet nog overtuigd worden’. Ook Jan van Zanen van Den Haag zit nog met ‘stevige vragen’.
Tegen
Alleen Pieter Broertjes van Hilversum is bij voorbaat tegen. Hij vindt de maatregel niet proportioneel. ‘Een avondklok is niet goed voor het draagvlak. Het is ook niet nodig. De gereedschapskist is nog niet leeg.’ Ook de handhaving is volgens hem een probleem. De politie Midden-Nederland heeft de regionale burgemeesters een brief geschreven waarin zij aangeeft het ‘heel moeilijk vinden om hiervoor capaciteit vrij te krijgen’.
Geef een reactie