Amsterdam heeft moeite met het bieden van goede nazorg. Beleid, budget, uitvoering en samenwerking leveren knelpunten op
Dit blijkt uit een rapport van de rekenkamer Amsterdam: ‘Nazorg aan gedetineerden: een ongemakkelijke keten.’
Hierin schrijft de rekenkamer dat nazorg aan gedetineerden tot doel heeft om herhaling van misdrijven en overlast te voorkomen. De Top600 is wellicht de meest bekende vorm van nazorg. Daarnaast heeft Amsterdam ook een reguliere aanpak die gebaseerd is op landelijke afspraken. Voor deze aanpak komen in principe alle gedetineerden in aanmerking. Het bieden van de reguliere nazorg blijkt om verschillende redenen lastig. Dit komt niet alleen doordat het bieden van nazorg moeilijk is, maar ook door de manier waarop de gemeente de nazorg heeft vormgegeven. Amsterdam zal keuzes moeten maken in wat zij wil met de reguliere nazorg aan gedetineerden.
De gemeentelijke nazorg richt zich op gedetineerde Amsterdammers met problemen op het gebied van huisvesting, werk en inkomen, schuldhulpverlening, identiteitsbewijs en zorg. Nazorg bestaat vooral uit het faciliteren van het gebruik van bestaande gemeentelijke voorzieningen. In 2011 zijn 2.746 Amsterdammers één of meer keer gedetineerd geweest. Hoeveel van deze Amsterdammers nazorg hebben gekregen is niet bekend.
Integraal nazorgbeleid en budget ontbreken
Het is onvoldoende duidelijk wat de gemeente met nazorg kan en wil doen voor gedetineerden. Ook blijft onduidelijk hoe het reguliere nazorgbeleid voor alle gedetineerden zich verhoudt tot beleid voor bijzondere doelgroepen (zoals Top600) en de bestaande gemeentelijke voorzieningen voor alle Amsterdammers. Tegelijkertijd ontbreekt een vast budget voor nazorg en is er vanaf 2014 veel minder geld beschikbaar. Het is volgens de rekenkamer daarom van belang dat de gemeente op korte termijn keuzes maakt over wat ze wil met de reguliere nazorg, hoe ze de activiteiten wil organiseren en welk budget daarvoor nodig is.
Problemen gedetineerden lijken niet te worden opgelost
Er is weinig informatie beschikbaar over welke resultaten de gemeente met nazorg aan gedetineerden heeft behaald. Het lijkt er echter wel op dat de maatregelen om (verdere) problemen te voorkomen in de meeste gevallen goed lijken te werken. Zo wordt door het opschorten of stopzetten van een uitkering voorkomen dat de schulden van een gedetineerde (verder) toenemen.
Tegelijkertijd lijkt het minder goed te lukken om problemen op te lossen. Het lukt bijvoorbeeld niet om gedetineerden al tijdens detentie te laten starten met arbeidstoeleiding. Ook is de kans klein dat gedetineerden worden geholpen met huisvesting. De indruk bestaat dat een aanzienlijke groep gedetineerden na gevangenschap met onopgeloste problemen blijft zitten.
Huidige nazorg kan beter
Het is voor de gemeente niet eenvoudig om goede nazorg te bieden. Amsterdammers zitten over het gehele land gedetineerd, een groot deel zit korter dan een maand vast en soms is onbekend wanneer gedetineerden vrijkomen. Het zijn echter niet alleen deze lastige omstandigheden die tot problemen leiden. Ook de uitvoering van de nazorg en de samenwerking tussen de Penitentiaire Inrichtingen en de gemeente verloopt niet vlekkeloos. Vooral de screening en informatie-uitwisseling tussen deze inrichtingen en de gemeente laten te wensen over. De rekenkamer is dan ook van mening dat een verandering in aanpak nodig is.
Geef een reactie