Over iets meer dan 90 dagen treedt de Omgevingswet in werking. Dan moet ook informatie op de website van gemeenten in lijn zijn met de wet. Omgevingswetspecialist Robin Kerkhof ondersteunt voor VIND Antwoord gemeenten met de juridische kant van deze teksten. ‘Soms is dat een flinke puzzel.’
Met de Omgevingswet draagt het Rijk een flink aantal regels over naar gemeenten. Dit betekent dat gemeenten hun inwoners straks anders moeten informeren over bijvoorbeeld het kappen van bomen, het aanvragen van vergunningen of het organiseren van een evenement. Dat brengt zowel juridische als administratieve uitdagingen met zich mee, ziet Kerkhof.
Juridisch
Juridisch bestaat het Omgevingswetpakket uit één wet, een handvol AMvB’s en één ministeriële regeling. Dit pakket vervangt tientallen wetten, Algemene Maatregelen van Bestuur en ministeriële regelingen die gaan over hoe we in Nederland omgaan met natuur, milieu, bouwen en wonen.
‘Op zich is het heel fijn dat je dan voor het antwoord op veel vragen nog maar in één wet en enkele besluiten hoeft te kijken. Maar die wet en bijbehorende besluiten zijn niet altijd fijn leesbaar. Informatie staat ver uit elkaar. Voor uitleg en context wordt er relatief veel verwezen naar begrippen en tekst op heel andere plekken in de wet of besluit. Hierdoor moet je soms hele puzzels leggen om tot een simpel antwoord te komen,’ zegt Kerkhof.
Staalkaarten
Bovendien hebben gemeenten straks meer beleidsruimte dan vóór de Omgevingswet. Om te zien hoe een gemeente die ruimte benut, gebruiken gemeenten niet meer de zogenaamde VNG-modelverordeningen, maar de staalkaarten van de VNG.
‘De werking en vindbaarheid ervan is gelukkig redelijk vergelijkbaar met die van modelverordeningen, maar ook daar moet je je weg in vinden. De VNG publiceerde deze staalkaarten nadat wij al met de teksten begonnen waren. Daardoor moesten we de staalkaarten met terugwerkende kracht vertalen naar onze teksten.’
Administratief
Het werken aan teksten die gerelateerd zijn aan de Omgevingswet, vereist bovendien nauwkeurige onderlinge afstemming en administratie. Dat komt onder meer doordat de inwerkingtreding van de wet een aantal keer is uitgesteld. Vanaf het moment dat de Omgevingswet in 2016 in het Staatsblad werd gepubliceerd, is VIND Antwoord ermee aan de slag gegaan.
‘Want ja, als de oorspronkelijk geplande inwerkingtreding wél door zou zijn gaan, moesten wij natuurlijk klaar zijn. Wijzigingen van andere wetten, die na dat moment verschenen zijn, moeten we natuurlijk ook opnemen in de zogenaamde Omgevingswetteksten. De Omgevingswet zelf is intussen ook al een aantal keer aangepast. Die aanpassingen moeten we natuurlijk ook meenemen.’
Tijdelijk en definitief
Bovendien schrijven Kerkhof en de redactie van VIND Antwoord tijdelijke én definitieve versies van de meeste teksten. ‘Gemeenten hoeven voor veel activiteiten nog geen definitief beleid te hebben uitgewerkt. Dat gaat om zaken die zijn overgegaan van het Rijk naar de gemeenten. Het Rijk heeft hiervoor een bruidsschat samengesteld met regels die gemeenten een-op-een in het eigen Omgevingsplan kunnen zetten.
De bedoeling is dat gemeenten uiterlijk in 2032 eigen regels en beleid hebben ontwikkeld. Gemeenten kunnen hierbij gebruikmaken van de VNG-staalkaarten. ‘Daarom bieden wij over een aantal onderwerpen beide teksten aan: een tijdelijke versie gebaseerd op de bruidsschat en een meer definitieve versie gebaseerd op de VNG-staalkaarten,’ legt Kerkhof uit. ‘Maar dat betekent natuurlijk ook dat het wat meer werk is dan normaal.’
Geef een reactie